Loopgraven worden al eeuwen gebruikt. Ze bieden bescherming bij belegeringen en dienen om veilig posities van de vijand te naderen. Wanneer in de Eerste Wereldoorlog het front eind 1914 vastloopt, graven de legers zich in. Eerst in kleinere putten en korte stukken loopgraven, de volgende jaren in een netwerk van loopgraven met schuilplaatsen, depots, hulpposten en dugouts. Hier sta je in een Duitse gevechtsloopgraaf, makkelijk te herkennen aan het banket, het verhoogje van waarop de soldaten over de borstwering schieten. De rugwering zorgt ervoor dat het silhouet van de schietende soldaat niet vanop afstand zichtbaar is. Kijk ook eens door de schietgaten: die lijken een veilige blik op het strijdveld te bieden, maar dat is fout. Het is juist erg gevaarlijk omdat vijandige sluipschutters die kleine openingen in het vizier houden. Naarmate de oorlog vordert, bouwden de Duitsers meer vereenvoudigde loopgraven. Ze doen dat omdat ze met een tekort aan bouwmaterialen kampen.
Ontdek wat ons museum te bieden heeft door de onderstaande audiostops te beluisteren of lezen. Draag je het Memorial Museum Passchendaele 1917 een warm hart toe, of wil je ons steunen in deze moeilijke tijden? Word dan lid van onze ‘Passchendaele gemeenschap’ via passchendaele.be en herdenk de Slag bij Passendale en de meer dan 600.000 slachtoffers.