In de jaren ’60 breekt ook in Nederland de standaardkeuken door. Een aanrecht met vaste kastjes en laden, volgens een logische en efficiënte indeling. Soms zelfs met een ingebouwde broodsnijplank die je kon uittrekken, of met handige rubberen klemmetjes voor hand- en theedoeken. Bruynzeel uit Zaandam was jarenlang de bekendste Nederlandse fabrikant van keukens. Dit aanrechtmodel, ontworpen door Piet Zwart, stond in de jaren ‘60 in honderdduizenden keukens. Daarna kwamen er meer merken en modellen op de markt en zouden ook andere kleuren en uitvoeringen in de keuken doorbreken. Plastic zorgde overigens, vanaf de tweede helft van de jaren ’50, ook voor steeds meer kleur in de Hollandse keukens. Vanuit Amerika kwam ook het fenomeen Tupperware overwaaien. Er verscheen van alles van plastic in de keuken: houders voor waterijsjes, bakjes met goedsluitende deksels, schaaltjes voor zoutjes en voorraadbussen. Tomado uit Dordrecht bracht allerlei artikelen op de markt die gemaakt waren van ijzer omwikkeld met plastic, zoals de oerHollandse flessenlikker voor vla of uitdruiprekjes voor de afwas.
Het Museum van de 20e Eeuw in Hoorn vertelt aan de hand van honderden voorwerpen en tientallen interieurs het leven in de vorige eeuw. Hoe woonden onze (groot)ouders? Met welk speelgoed speelden kinderen? Wat voor winkels waren er? Hoe werd gekookt? Wat deed men in de vrije tijd? Wat was er op radio of televisie te beleven? Op dit soort vragen krijg je in dit nostalgische museum antwoorden.