Vanaf zowat 150.000 jaar geleden trekken er neanderthalers door deze streken. Zij slaan hun basiskamp op op plekken waar ze voldoende kwaliteitsvolle vuursteen vinden. Alle objecten hier zijn van vuursteen of silex. Wie genoeg ervaring heeft, kan van de brokken steen efficiënte werktuigen maken. Dat vereist precisie, inzicht en vooruitdenken. Het gesteente is hard als staal, maar splijt ook makkelijk. Rechts in de vitrine zie je een choppingtool, een instrument waarmee neanderthalers snijden, graven of hakken. Multifunctioneel dus. Ze maken het door van een vuursteenknol stukken af te slaan en zo de randen scherp te maken. Bij schrabbers krijgt de rand kartels, waardoor hij steviger wordt. Schrabbers dienen om er dierenhuiden mee te reinigen. Vuistbijlen tot slot zijn ook allround werktuigen. Je gebruikt ze om dieren te villen, karkassen te ontbenen, hout te bewerken of zelfs… als projectiel. Eén bijl had meestal wel maar één functie. Zowel schrabbers als vuistbijlen krijgen soms een houten greep. Zo kun je ze beter vasthouden en meer kracht uitoefenen. Het hout is jammer genoeg allang vergaan.